In het wereldbeeld van sportschutter en edelsmid Yannick Verdyck (36) overheerste pessimisme. De wereld stond op instorten en het was stilaan tijd voor (gewapend) verzet. “Prepper” en “soeverein burger” Verdyck had honderd wapens in huis, maar was volgens zijn familie helemaal niet extreemrechts.
Complotdenker en pessimist
Volgens het federaal parket had hij extreemrechtse ideeën, maar dat wordt staalhard ontkend door zijn familie. Zijn strafblad was blanco, al lag het huis in Merksem van de verwoed verzamelaar vol vuurwapens. Nodig, in de optiek van de complotdenker, om ons te redden “want België en Europa gaan samen de dieperik in.” “Niemand komt ons redden. Eenieder die niet voor zichzelf kan zorgen, eenieder die geen sterk netwerk heeft, zal de komende tien jaar extreem hard geraakt worden.”
Prepper en hamsteraar
Verdyck was een prepper, iemand die geloofde dat het einde der tijden nabij was en dat er dus voedsel, medicijnen en wapens ingeslagen moesten worden. Zijn ”schuilplaatsen” stonden vol medicijnpotten. De extreemrechtse militair Jurgen Conings afserveren, dat deed hij bijvoorbeeld nooit. Een coronavaccin laten zetten, dat was in zijn optiek je reinste waanzin. “Ze trainen ons tot slavernij zoals je een hond traint om pootjes te geven op commando.”
Eenzaat en paranoia
Verdyck was een eenzaat, opvliegend en paranoïde van aard, iemand die zijn mening, hoe gek ook, stevig onderbouwde.
Sportschutter en verzamelaar
Zelf omschreef de Zilverzot zich op sociale media als een sportschutter, verzamelaar van militaire prullaria en handelaar in munten. Hij was voorzitter van de Antwerpse de Koninklijke Federatie Karabijn- en Pistoolschutters Antwerpen. De plek waar gelijkgezinde preppers elkaar vonden. In het manifest dat hij schreef, gaf hij ook advies hoe je het makkelijkst aan wapens geraakt in ons land. “Eens je je sportschutterslicentie bij een schietclub hebt behaald en je een beetje sociaal en positief bent ingesteld, gaan mensen je zeker willen helpen op weg naar wapenbezit. Bovendien is de schietsport een fantastische ontspannende olympische sport”, zei hij.
Dode verzetstrijder
Verdyck schreef pagina’s vol over hoe “het verzet een morele plicht werd”. Hoe dat verzet geuit moest worden, was niet meteen duidelijk. Maar dat er moest ingegrepen worden, was volgens onze veiligheidsdiensten wel duidelijk, ook al was er dus helemaal geen dreiging voor een nakende aanslag. Het einde der tijden kwam er woensdag niet, wel het einde van zijn leven. Verder onderzoek zal uitwijzen of dat wel nodig was.